10 resultaten
Het doel van dit onderzoek is beoordelen van de werkzaamheid en veiligheid van VX-445 in drievoudige combinatie (DC) met TEZ/IVA bij proefpersonen met CF die heterozygoot zijn voor F508del (F) en een tweede CFTR-allel met een minimale functie (MF)-…
Het doel van dit onderzoek is het beoordelen van de werkzaamheid en veiligheid van VX-445 in DC met TEZ/IVA bij proefpersonen met CF die homozygoot zijn voor de F508del (F) mutatie (F/F). Patiënten met dit genotype (F/F) hebben meestal een ernstige…
Het doel van M14-675 (fase 3 inductie) is om de werkzaamheid en veiligheid te evalueren van upadacitinib 45 mg eenmaal daags vergeleken met placebo in het induceren van klinische remissie (volgens de aangepaste Mayo Score) in patiënten met matig tot…
Studie M16-067 bestaat uit twee deelonderzoeken:1) Het doel van substudie 1 is om de werkzaamheid, veiligheid en farmacokinetiek van risankizumab te karakteriseren als inductietherapie bij personen met matig tot ernstig actieve ulceratieve colitis (…
Studie M16-066 bestaat uit drie deelonderzoeken:Deelonderzoek 1: Gerandomiseerd, dubbelblind, placebogecontroleerd onderhoud Om de werkzaamheid en veiligheid van risankizumab versus placebo te beoordelen als onderhoudstherapie bij personen met matig…
Het doel van substudie 1 (gerandomiseerd, dubbel-blind, placebo-gecontroleerde onderhoudsbehandeling) is om de werkzaamheid en veiligheid van twee doseringen van upadacitinib ten opzichte van placebo te evalueren als onderhoudstherapie in…
Om de werkzaamheid en veiligheid te beoordelen van T-817MA bij patiënten met lichte cognitieve stoornissen als gevolg van ziekte van Alzheimer of een lichte vorm van de ziekte van Alzheimer.
N.A.
Het doel van dit onderzoek is om de werkzaamheid en veiligheid van upadacitinib ten opzichte van placebo te evalueren als inductie therapie in proefpersonen met matige tot ernstig actieve ziekte van Crohn
Het doel van dit onderzoek is om de werkzaamheid en veiligheid van upadacitinib ten opzichte van placebo te evalueren als inductie therapie in proefpersonen met matige tot ernstig actieve ziekte van Crohn