De differentiele diagnostiek tussen autisme spectrum stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen verbeteren aan de hand van het in kaart brengen van de emotionele intelligentie.
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Ontwikkelingsstoornissen NEG
Synoniemen aandoening
Aandoening
persoonlijkheidsstoornissen
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Geen registraties gevonden.
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Onafhankelijke variabele is de diagnose: het hebben van een ASS of PS.
Afhankelijke variabelen zijn de emotionele intelligentiescores gemeten met
behulp van de EQI en MSCEIT testen.
Secundaire uitkomstmaten
Inschatting van intelligentie door middel van Nederlandse Leestest voor
Volwassenen (NLV), score op neuropsychologische taken (zie uitgebreidere
onderzoeksvoorstel voor verdere toelichting bij testen)
Achtergrond van het onderzoek
De differentiele diagnostiek van stoornissen is van belang om tot juiste
indicatie en behandeling te komen binnen de
(geestelijke) gezondheidszorg. De differentiele diagnostiek van autisme
spectrum stoornissen (ASS) en persoonlijkheidsstoornissen (PS) kan complex
zijn, vooral wanneer het een subtiele ASS en ernstiger PS betreft.
Testen die kunnen helpen bij deze diagnostiek zijn aldus welkom. Bij beide
stoornissen is in meer of mindere mate sprake van problemen binnen de sociale
interactie. Bij sociale interactie is vaardigheid nodig op het vlak van
ondermeer sociale en emotionele cognitie. Deze kennis wordt in de loop van de
jaren opgedaan wat ook bijdraagt tot het ontwikkelen van empathie, aldus de
mogelijkheid je te verplaatsen in de motieven en wensen/emoties van anderen.
Aangezien de stoornissen respectievelijk in de vroege kindertijd en
adolescentie/vroege volwassenheid optreden is de verwachting dat de empathische
vaardigheden zich in mindere mate hebben kunnen ontwikkelen dan bij mensen
zonder deze stoornissen. Verder hebben mensen met een persoonlijkheidsstoornis
zich waarschijnlijk relatief langer kunnen ontwikkelen op dit vlak dan mensen
met een autisme spectrum stoornis. Dit leidt tot de hypothese dat mensen met
een ASS afwijkender scoren op emotionele intelligentie profielen dan mensen met
een PS, maar dat ze beiden afwijkend score in vergelijking tot bestaande
normgegevens van niet-patienten rond de af te nemen emotionele
intelligentietaken. Ook zullen beiden minder executieve vaardigheden opgedaan
hebben dan niet-patienten aangezien daar ook emotionele/sociale aspecten een
rol bij spelen.
Doel van het onderzoek
De differentiele diagnostiek tussen autisme spectrum stoornissen en
persoonlijkheidsstoornissen verbeteren aan de hand van het in kaart brengen van
de emotionele intelligentie.
Onderzoeksopzet
Quasi-experimenteel (comparative) design dat exploreert welke verschillen er
zijn tussen een groep patienten met ASS en een groep patienten met een PS op
het vlak van emotionele intelligentie.
Inschatting van belasting en risico
Zie daartoe eerder beschreven informatie en onderzoeksvoorstel in uitgebreide
vorm. Een dagdeel van circa 4 uur in totaal. Patienten zijn in behandeling
binnen de ggz groep noord- en midden limburg en kunnen terugvallen op hun
behandelaar wanneer het onderzoek verstorende vermoeidheid/emoties teweeg zou
brengen.
Publiek
Langeweg 19
5801 XV
NL
Wetenschappelijk
Langeweg 19
5801 XV
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
aanwezigheid van een autisme spectrum stoornis of persoonlijkheidsstoornis met daarbuiten geen andere diagnoses op de DSM-IV as I of as II.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
*aanwezigheid van andere diagnoses in combinatie met een van bovengenoemde.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL24101.097.08 |